In het kort
- U heeft iets ergs meegemaakt, bijvoorbeeld een ongeluk of geweld. Daar kunt u klachten van krijgen.
- U schrikt bijvoorbeeld snel of wordt snel boos. U denkt steeds aan wat er gebeurd is of heeft er nare dromen van. Of u ontwijkt situaties die u aan de nare gebeurtenis doen denken.
- Het helpt om regelmaat in uw dag te houden.
- Doe dingen die ontspannen (zoals wandelen), maar neem geen drank of drugs.
- Ga naar de huisarts als de klachten niet vanzelf minder worden en als u somber of bang bent.
- Gesprekken met de praktijkondersteuner of een psycholoog kunnen helpen.
- Er zijn verschillende vormen van gesprekken/therapie.
Film
Download deze film
- Filmbestand mp4, 59,7mb
- Geluidsbestand voor als je slecht ziet of blind bent nvt
- Ondertitelingsbestand srt
- © 2012-2024 NHG | Gebruiksvoorwaarden
Wat is een posttraumatische stressstoornis?
Als u iets ergs heeft meegemaakt, bijvoorbeeld geweld of een ongeluk, kunt u klachten krijgen. De nare gebeurtenissen komen steeds terug in uw gedachten of dromen, u kunt het niet tegenhouden. Dat geeft heftige emoties: u bent bang, boos en/of verdrietig.
Het heet een posttraumatische stressstoornis (PTSS) als deze 2 dingen voor u kloppen:
- De klachten zijn heel heftig en gaan niet vanzelf weg.
- U krijgt de klachten terwijl de nare gebeurtenissen al langer dan 4 weken geleden zijn. Soms komen de klachten zelfs pas jaren later.
PTSS heeft veel invloed op uw leven. Vaak is het ook moeilijk voor de mensen om u heen, zoals familie, vrienden en collega´s. Bijvoorbeeld doordat u snel boos wordt of nergens zin in heeft. U kunt misschien niet altijd naar school of werk, waardoor het daar ook minder goed gaat. Daardoor heeft u misschien een lager inkomen of financiële problemen.
Misschien neemt u alcohol, drugs of kalmerende middelen om de nare gedachten niet te hebben. Dat lijkt even te helpen, omdat het uw gevoelens verdooft. Maar u kunt er ook verslaafd door worden. Het lost niks op en u krijgt er een extra probleem bij.
Wat zijn klachten bij PTSS?
Klachten bij PTSS zijn:
- Herbeleven
U beleeft de nare gebeurtenissen steeds opnieuw: in uw dromen (nachtmerries), maar ook overdag in uw gedachten. De herinneringen komen zonder dat u ze kunt tegenhouden. U wordt dan heel bang, boos of verdrietig. Of u ‘bevriest’: u verstijft en doet helemaal niks meer. Ook kunt u hartkloppingen krijgen, trillen of zweten. De herinneringen kunnen komen in situaties die u doen denken aan de nare gebeurtenissen. Maar ook door bijvoorbeeld een geur, een geluid of een voorwerp.
- Dingen doen om er niet aan te hoeven denken (vermijden)
U wilt niet meer aan de erge gebeurtenissen denken, omdat u bang bent dat u dan in paniek raakt, of heel boos of verdrietig wordt. Daardoor gaat u dingen en situaties vermijden. U gaat bijvoorbeeld niet meer naar de plek waar het gebeurd is. Of u wilt sommige mensen niet zien, omdat ze u eraan doen denken.
Misschien gebruikt u alcohol, drugs of kalmerende middelen om de heftige gevoelens niet te voelen.
- Negatieve gedachten en gevoelens
U heeft geen zin meer in dingen die u eerst leuk vond om te doen. U wilt ook minder contact met andere mensen. Misschien schaamt u zich of denkt u dat de situatie uw eigen schuld is.
- Spanning en onrust
U heeft last van emoties die u niet kunt stoppen:
- snel huilen of boos worden
- willen schelden of slaan.
Ook kunt u last hebben van:
- snel en heftig schrikken van dingen
- slecht kunnen concentreren
- slecht slapen, bijvoorbeeld door nare dromen.
Hoe ontstaat PTSS?
Het is niet bekend waarom sommige mensen een posttraumatische stressstoornis krijgen na heftige gebeurtenissen en anderen niet.
U heeft meer kans op PTSS:
- Als u lichamelijk of seksueel geweld meemaakt.
- Als u in een situatie was waar uw leven in gevaar was.
- Als de nare gebeurtenissen lang duren, vaak terugkomen of heel erg zijn.
- Als u oorlog meegemaakt heeft.
Ook heeft u meer kans op PTSS als u in uw beroep te maken krijgt met agressie en geweld. Of met situaties waarbij uzelf of een ander dood kan gaan. Bijvoorbeeld als:
- hulpverlener bij politie, brandweer, ambulance of in het ziekenhuis
- machinist
- militair (als u uitgezonden bent geweest).
U krijgt juist minder snel PTTS als:
- U steun krijgt van andere mensen.
- U in uw jeugd heeft geleerd om problemen actief aan te pakken.
Wat is complexe PTSS?
Sommige mensen hebben de klachten van PTSS, maar daarbij ook nog andere problemen:
- U heeft heftige emoties die snel kunnen wisselen. Bijvoorbeeld ineens heel boos worden. U kunt dit moeilijk tegenhouden.
- U vindt uzelf zwak, niet goed genoeg.
- U heeft problemen met andere mensen: u vertrouwt mensen bijvoorbeeld niet en voelt u niet veilig bij anderen.
- Soms wordt de spanning zo erg dat u even niet meer bewust aanwezig bent. Dit heet dissociatie.
Deze combinatie van klachten heet ‘complexe PTSS’. De kans op complexe PTSS is groter:
- Als de nare dingen lang duurden en/of vaker gebeurden.
- Als het gaat over nare ervaringen met mensen die u nodig had (zoals ouders, familieleden of leraren). Bijvoorbeeld seksueel geweld, geslagen worden of als kind niet goed verzorgd worden.
- Als het komt door heel heftige ervaringen. Bijvoorbeeld een oorlog meemaken of gevangen worden gehouden.
Wat kunt u zelf doen bij PTSS?
- Zoek steun bij mensen die u vertrouwt. Vertel ze waar u last van heeft.
- Sta op tijd op en ga op tijd naar bed (vast dagritme).
- Eet regelmatig en gezond.
- Bedenk wat uw gezonde en sterke kanten zijn. Wat gaat wél goed? Probeer die dingen te doen. Zo gaat u zich vaak beter voelen.
- Ga wandelen, fietsen of hardlopen. Het liefst in de natuur. Ook als u geen zin heeft. Buiten zijn en bewegen geeft positieve energie.
- Neem geen alcohol, drugs of kalmeringsmiddelen. Dit lijkt even te helpen, omdat het uw gevoelens verdooft. Maar deze middelen zijn ook verslavend. Het lost niks op en u krijgt er een extra probleem bij.
- Zoek contact met mensen die hetzelfde hebben meegemaakt (ervaringsdeskundigen of lotgenoten). Dat kan bijvoorbeeld via patiëntenverenigingen (kijk bij meer informatie).
- Heeft u kinderen? Het is nu misschien moeilijk om voor ze te zorgen. U kunt minder aan en bent sneller boos. U zegt of doet misschien dingen waar u later spijt van heeft. Ga naar uw huisarts en praat erover.
Behandeling van PTSS
De behandeling van PTSS bestaat meestal uit psychotherapie. Dit zijn gesprekken met een psycholoog of psychotherapeut. Er zijn verschillende vormen van therapie die goed kunnen helpen. De klachten kunnen daardoor verminderen of helemaal over gaan.
Soms helpt het om naast de therapie medicijnen te gebruiken. Alleen maar medicijnen slikken helpt niet genoeg.
Met uw behandelaar spreekt u af welke behandeling het beste bij u past. Dat hangt af van wat u zelf wilt. Maar bijvoorbeeld ook van wat u heeft meegemaakt, hoe u bent opgegroeid en of u andere klachten heeft, zoals een depressie.
Meer informatie over PTSS
- De Angst, Dwang en Fobie stichting.
- MIND: site over psychische gezondheid en hulp.
- Vereniging EMDR Nederland (EMDR.nl): over behandeling met EMDR.
- ARQ Nationaal Psychotrauma Centrum over verschillende behandelingen bij psychotrauma.
- NVvP (Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie).
We hebben deze informatie gemaakt met richtlijnen voor huisartsen en voor de geestelijke gezondheidszorg (de NHG-Standaard Angst en de Zorgstandaard Psychotrauma).