Ik heb reumatoïde artritis en krijg een reumamedicijn (DMARD)

In het kort

In het kort

  • DMARD’s zijn speciale medicijnen voor reumatoïde artritis.
  • Er zijn verschillende soorten. U begint meestal met methotrexaat.
  • U krijgt aan het begin van een behandeling meestal ook tijdelijk prednison of prednisolon.
  • Mogelijke bijwerkingen van reumamedicijnen zijn: misselijk zijn, overgeven, leverproblemen en minder weerstand. Dat geeft meer kans op ontstekingen.
  • Wilt u zwanger worden? Bespreek dit dan met uw reumatoloog. Sommige reumamedicijnen kunnen schadelijk zijn voor uw baby.
  • Bel uw huisarts als u:
    • koorts krijgt
    • een wond heeft
    • een allergische reactie krijgt, zoals jeuk, rode huid of benauwdheid

prednisolon

Prednisolon is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.

Artsen schrijven prednisolon voor bij:

  • ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals astma, COPD en sarcoïdose), reumatische ziektes (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra en lichtovergevoeligheid), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), ernstige allergische reacties, Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), netelroos en nierziektes (zoals het nefrotisch syndroom).
    Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt. In een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur). En in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.
  • Prednisolon wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Dit wordt gedaan na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
  • Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom.
    Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.
  • Soms bij kanker om de laatste levensfase te verlichten (palliatieve zorg).
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

prednison

Prednison is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.

Artsen schrijven prednison voor bij:

  • Ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals COPD), reumatische aandoeningen (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), de ziekte van Duchenne (spierziekte), Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), bij nierziektes, zoals het nefrotisch syndroom en bij netelroos. Ook bij ontstekingen bij tuberculose (van het hartzakje en van de hersenen).
    Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt: in een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur) en in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.
  • Prednison wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
  • Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom. Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.

Ziektes waarbij prednison wordt gebruikt zijn:

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Wat zijn reumamedicijnen?

Wat zijn reumamedicijnen?

DMARD’s zijn speciale medicijnen voor reumatoïde artritis. De reumatoloog schrijft DMARD's voor. DMARD is de afkorting van Disease-Modifying Anti Rheumatic Drugs.

Als u reumamedicijnen gebruikt, heeft u minder kans dat de reumatoïde artritis ernstig wordt. Ze zorgen ervoor dat gewrichten minder snel of helemaal niet beschadigen door de ontstekingen. Daardoor heeft u minder pijn en kunt u beter uw werk en andere activiteiten blijven doen.

Er zijn verschillende soorten reumamedicijnen:

  • Klassieke DMARD’s zoals methotrexaat bij ontstekingsziekten, leflunomide en sulfasalazine
  • Biologische DMARD’s zoals infliximab, abatacept en sarilumab
  • tsDMARD’s (soms ook JAK-remmers genoemd) zoals tofacitinib en baricitinib

Meestal begint u met methotrexaat.

abatacept

Abatacept onderdrukt afweerreacties van het lichaam. Het remt bij reuma en psoriasis de ontsteking van de gewrichten. Abatacept is een zogenaamde biological. Dit betekent dat het door levende cellen in celkweken wordt gemaakt.

Artsen schrijven het voor bij reumatoïde artritis, juveniele idiopathische artritis (jeugdreuma) en bij de huidaandoening psoriasis als er ook gewrichtsklachten optreden (artritis psoriatica).
Ze schrijven het soms voor bij bepaalde nierziekten bij kinderen.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

baricitinib

Baricitinib is een afweeronderdrukker (immunosuppressivum). Het remt ontstekingen en afweerreacties.

Artsen schrijven het voor bij reumatoïde artritis (reuma), alopecia areata (een haarziekte waardoor u kale plekken op uw hoofd krijgt) en eczeem.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

infliximab

Infliximab onderdrukt afweerreacties van het lichaam. Het hoort tot de TNF-alfa-remmers, dat zijn medicijnen tegen ontstekingen. Infliximab is een zogenaamde biological. Dit betekent dat het door levende cellen in celkweken wordt gemaakt.

Artsen schrijven het voor bij reumatoïde artritis, de ziekte van Bechterew, psoriasis en bij de chronische darmziekten ziekte van Crohn en colitis ulcerosa.

Het wordt soms gebruikt bij oogontsteking binnen in het oog (uveïtis) en bij sarcoïdose.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

leflunomide

Leflunomide onderdrukt afweerreacties van het lichaam. Het remt bij reuma en psoriasis de ontsteking van de gewrichten.

Artsen schrijven het voor bij reumatoïde artritis en bij psoriasis met gewrichtsklachten (artritis psoriatica).

Artsen schrijven het soms voor bij kinderen met juveniele idiopathische artritis (jeugdreuma).

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

methotrexaat bij ontstekingsziekten

Methotrexaat heeft verschillende effecten. Hoe het werkt ligt aan hoe hoog de dosering is en hoe vaak u het gebruikt. Als ontstekingsremmer is de dosering lager dan 30 mg en gebruikt u het één keer per week. Dan onderdrukt methotrexaat het afweersysteem en remt het ontstekingen.

Artsen schrijven methotrexaat in deze lage dosis voor bij auto-immuunziekten. De afweer zorgt voor bescherming tegen ziektes. Bij een auto-immuunziekte werkt uw afweer tegen uw eigen lichaam. Voorbeelden zijn psoriasis, reumatoïde artritis, de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, multiple sclerose, astma en lichen planus.

Artsen schrijven methotrexaat vooral voor bij reumatoïde artritis, psoriasis en de ziekte van Crohn. En soms bij lichen planus. De tekst hieronder gaat alleen over methotrexaat als ontstekingsremmer.

Methotrexaat kan ook anders werken. In doseringen die meestal veel hoger zijn dan 30 mg per keer, remt methotrexaat de groei van cellen. Artsen schrijven het in deze hoge dosis voor bij kanker, een buitenbaarmoederlijke zwangerschap of mola-zwangerschap. Hiervoor is een aparte tekst: methotrexaat bij kanker.

Belangrijk
Zorg dat u precies weet hoeveel en hoe vaak u dit medicijn van de arts moet gebruiken. Vraag dus goed hoeveel tabletten u per keer moet innemen en hoe vaak per week. Weet u dit niet? Overleg dan voor gebruik met uw arts of apotheker.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

sarilumab

Sarilumab onderdrukt afweerreacties van het lichaam. Het behoort tot de interleukine-remmers. Sarilumab is een zogenaamde biological. Dit betekent dat het door levende cellen in celkweken wordt gemaakt.

Artsen schrijven het voor bij reumatoïde artritis.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

sulfasalazine

Sulfasalazine behoort tot de zogeheten 5-ASA-medicijnen. In de darm wordt sulfasalazine gesplitst in mesalazine en sulfapyridine. Mesalazine werkt ontstekingsremmend op de darmwand. Sulfapyridine werkt vooral ontstekingsremmend bij gewrichtsklachten.

Artsen schrijven sulfasalazine voor bij chronische darmontstekingen zoals colitis ulcerosa en soms bij de ziekte van Crohn. Verder bij gewrichtsontstekingen, zoals reumatoïde artritis en de ziekte van Bechterew en bij huidaandoeningen, zoals lupus erythematodes:

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

tofacitinib

Tofacitinib is een afweeronderdrukker (immunosuppressivum). Het remt ontstekingen en afweerreacties.

Artsen schrijven het voor bij reumatoïde artritis, bij gewrichtsontsteking door psoriasis (artritis psoriatica), bij jeugdreuma (juveniele idiopathische artritis, JIA), bij de ziekte van Bechterew (spondylitis ankylopoetica) en bij colitis ulcerosa.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Een behandelplan maken met de reumatoloog

Een behandelplan maken met de reumatoloog

Voordat u begint met een reumamedicijn, maakt u een behandelplan met de reumatoloog. Vertel wat belangrijk is in uw leven. U wilt misschien:

  • blijven werken of weer gaan werken
  • graag kinderen krijgen
  • meer energie hebben
  • op reis gaan

Bij elke afspraak bespreekt u samen hoe het gaat. Sommige reumamedicijnen hebben bijwerkingen die een wens van u in de weg staan. Bijvoorbeeld omdat u er minder energie van krijgt. Vertel dat aan de reumatoloog. Dan kunt u samen medicijnen kiezen die zo goed mogelijk bij u passen.

Of een medicijn bij u past, heeft te maken met:

  • hoeveel last u heeft van de reumatoïde artritis
  • of er al schade is in uw gewrichten
  • hoe u het moet gebruiken (prik, pil, infuus)
  • wat de mogelijke bijwerkingen zijn
  • wat u belangrijk vindt in uw leven

Wat u zelf kunt doen

U kunt ook zelf wat doen bij klachten van reumatoïde artritis. Het is bijvoorbeeld belangrijk om genoeg te bewegen. Dit helpt tegen stijve gewrichten. Een warm gewricht kunt u koelen met een natte doek. Lees meer over wat u zelf kunt doen bij klachten.

Hoe gebruik ik reumamedicijnen?

Hoe gebruik ik reumamedicijnen?

Methotrexaat

  • Als pil: de reumatoloog vertelt u hoeveel pillen u moet nemen.
    Het is belangrijk dat u de pillen 1 keer in de week op dezelfde dag inneemt. Dat kan in 1 keer of verdeeld over de dag (bijvoorbeeld 2 keer 3 pillen).
  • Zelf prikken: u kunt methotrexaat ook zelf in uw lichaam prikken. Dit moet 1 keer per week. De reumaverpleegkundige legt u uit hoe u dit moet doen.
    Als u het vervelend vindt om uzelf een prik te geven, vraag dan uw partner, een familielid of vriend(in) om dit te doen. Hij of zij krijgt dan ook een uitleg van de reumaverpleegkundige.

Foliumzuur

Het is belangrijk dat u bij de methotrexaat ook pillen foliumzuur slikt. Foliumzuur is een vitamine die de bijwerkingen van methotrexaat minder erg maakt. De reumatoloog schrijft foliumzuur voor.

Biologische DMARD

  • Zelf prikken: u kunt de meeste biologische DMARD’s aan uzelf geven met een prik. Meestal 1 keer per week, maar soms ook minder vaak. De reumaverpleegkundige legt u uit hoe u dit moet doen. Als u het vervelend vindt om uzelf een prik te geven, vraag dan uw partner, een familielid of vriend(in) om dit te doen. Hij of zij krijgt dan ook een uitleg van de reumaverpleegkundige.
  • Infuus: soms krijgt u een biologische DMARD met een infuus in het ziekenhuis. U krijgt dan een prik met een slangetje in uw hand of arm. Het medicijn gaat daar doorheen in uw lichaam. U krijgt het infuus 1 keer in de paar weken.

tsDMARD

Een tsDMARD is een pil. U spreekt met de reumatoloog af hoe vaak u deze pil slikt. Het is meestal 1 of 2 keer per dag.

Prednison/prednisolon (corticosteroïden)

Het duurt meestal ongeveer 3 maanden voordat een reumamedicijn helpt. Daarom krijgt u aan het begin van de behandeling meestal ook een ander medicijn. Dat medicijn werkt snel tegen uw klachten. Het medicijn heet prednison of prednisolon.

U krijgt het vaak ook als u verandert van reumamedicijn of als u opeens veel klachten heeft.

Prednison of prednisolon is een hormoon. Het vermindert ontstekingen en zorgt ervoor dat uw afweer minder hard werkt. Als u het gebruikt, doen uw gewrichten minder pijn en zijn ze minder stijf en dik. Daardoor heeft u minder kans op schade aan uw gewrichten.

U kunt prednison of prednisolon als prik of als pil krijgen. Bespreek met uw reumatoloog wat het beste bij u past.

  • Een prik krijgt u in het ziekenhuis of soms bij de huisarts.
    U krijgt een prik in het gewricht waar u last van heeft. Dat helpt binnen 1 dag.
    Of krijgt u een prik in uw bil of een infuus in uw arm. Het helpt dan binnen een paar dagen. De prik kan tot ongeveer 3 maanden werken.
  • Een pil slikt u thuis zelf. Het is belangrijk de prednison elke dag ’s ochtends in te nemen.

foliumzuur

Foliumzuur wordt ook wel vitamine B11 genoemd. Het is vooral aanwezig in groenten en volkorenproducten.

Foliumzuur speelt een belangrijke rol in het lichaam. Het is bijvoorbeeld nodig voor de aanmaak van de rode bloedcellen en voor de werking van de zenuwen. Bovendien is het zeer belangrijk voor de ontwikkeling van het zenuwstelsel van de ongeboren baby.

Ons lichaam kan foliumzuur niet zelf maken. Daarom moeten we het via ons voedsel binnenkrijgen. Foliumzuur verlaat het lichaam in kleine hoeveelheden via de urine. Om gezond te blijven, is daarom telkens een nieuwe hoeveelheid foliumzuur via het voedsel nodig.

Het is te gebruiken om aangeboren afwijkingen te voorkomen bij zwangerschap en kinderwens, bij vitaminegebrek, bij bepaalde vormen van bloedarmoede en bij homocystinurie (een stofwisselingsziekte).

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

prednisolon

Prednisolon is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.

Artsen schrijven prednisolon voor bij:

  • ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals astma, COPD en sarcoïdose), reumatische ziektes (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra en lichtovergevoeligheid), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), ernstige allergische reacties, Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), netelroos en nierziektes (zoals het nefrotisch syndroom).
    Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt. In een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur). En in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.
  • Prednisolon wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Dit wordt gedaan na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
  • Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom.
    Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.
  • Soms bij kanker om de laatste levensfase te verlichten (palliatieve zorg).
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

prednison

Prednison is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.

Artsen schrijven prednison voor bij:

  • Ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals COPD), reumatische aandoeningen (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), de ziekte van Duchenne (spierziekte), Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), bij nierziektes, zoals het nefrotisch syndroom en bij netelroos. Ook bij ontstekingen bij tuberculose (van het hartzakje en van de hersenen).
    Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt: in een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur) en in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.
  • Prednison wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
  • Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom. Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.

Ziektes waarbij prednison wordt gebruikt zijn:

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

vitamine D

Vitamine D (colecalciferol) zorgt voor de opname van kalk en fosfaat uit het voedsel. Kalk en fosfaat zijn nodig voor een goede opbouw van botten en gebit.

Het is te gebruiken bij vitaminegebrek en bij botontkalking.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Reumamedicijnen en zwanger worden

Reumamedicijnen en zwanger worden

Wilt u of uw partner zwanger worden? Of bent u zwanger? Vertel dit aan uw arts.

De meeste reumamedicijnen zijn veilig voor baby’s. Maar sommige reumamedicijnen zorgen dat het langer duurt voor u of uw partner zwanger wordt. Of ze maken uw zaad slechter. Sommige reumamedicijnen zijn slecht voor baby’s.

Stop niet zelf zomaar met medicijnen. U kijkt samen met uw arts welke medicijnen u wel mag gebruiken en welke het beste bij uw klachten passen.

Adviezen bij reumamedicijnen

Adviezen bij reumamedicijnen

  • Als u reumamedicijnen gebruikt, is uw weerstand lager. U heeft meer kans op ziektes, zoals de griep. Het is verstandig om elk jaar de griepprik te halen. U krijgt hiervoor een oproep van uw huisarts.
  • Sommige reumamedicijnen werken minder goed als u er andere medicijnen bij gebruikt. Vertel het daarom altijd aan uw huisarts, arts en apotheek als u een reumamedicijn gebruikt. Zo kunnen zij de juiste medicijnen voorschrijven als u ziek bent.
  • Sommige reumamedicijnen werken ook minder goed als u er alternatieve medicijnen of kruidenmiddelen bij gebruikt. Vertel altijd aan uw apotheek welke middelen u gebruikt. De apotheker kan u vertellen of u het alternatieve medicijn of kruidenmiddel kunt blijven gebruiken.
  • Krijgt u een operatie bij de tandarts of in het ziekenhuis? Vertel dan ook dat u een reumamedicijn gebruikt. Meestal is het niet nodig om te stoppen met een reumamedicijn voor een operatie.
  • Krijgt u een prik tegen een ziekte? Vraag dan altijd eerst aan de arts of u de prik wel mag hebben als u een reumamedicijn gebruikt. Sommige prikken zijn niet veilig of werken niet als u een reumamedicijn gebruikt. Bijvoorbeeld de prik tegen gele koorts, de prik tegen bof, mazelen en rodehond, en de prik tegen tuberculose.
  • Sommige reumamedicijnen geven meer kans op problemen met uw lever als u er alcohol bij drinkt. Bespreek met uw reumatoloog of alcohol drinken verstandig is met uw reumamedicijn.
  • Het is belangrijk dat u uw reumamedicijnen op de goede manier bewaart. Uw reumaverpleegkundige of apotheker vertelt u of uw medicijnen wel of niet in de koelkast moeten.
  • Als u op reis gaat, neem dan uw medicijnen mee in uw handbagage. Bewaar de medicijnen zoals thuis. Als u naar het buitenland gaat, neem dan een lijst van uw medicijnen mee (medicijnpaspoort). Dit paspoort kunt u krijgen bij uw apotheek.
Mogelijke bijwerkingen van reumamedicijnen

Mogelijke bijwerkingen van reumamedicijnen

Bijwerkingen van reumamedicijnen

De meeste mensen hebben geen of maar een beetje last van bijwerkingen.

Voorbeelden van bijwerkingen zijn:

  • misselijk zijn, overgeven en minder zin in eten
  • leverproblemen
  • minder weerstand en daardoor meer kans op bijvoorbeeld longontsteking of blaasontsteking

Let op: de bijwerkingen zijn anders bij elk reumamedicijn en elk persoon.

Bijwerkingen van methotrexaat

  • Misselijkheid, overgeven en minder zin in eten.
  • Ontsteking en zweertjes (aften) in de mond.
  • Haaruitval.
  • Klachten van de huid op de plek van de prik, zoals roodheid, dikker worden, jeuk, blauwe plekken of pijn. Deze klachten zijn niet ernstig en worden meestal minder als u methotrexaat langer gebruikt.
  • Bijwerkingen in de lever en nieren: U merkt dit zelf niet. Uw reumatoloog controleert uw lever, nieren en bloed met bloedonderzoek.
  • Vaker ziek worden: methotrexaat zorgt ervoor dat uw afweer minder hard werkt. Daardoor wordt u sneller verkouden of ziek.
    Als u geen koorts heeft, dan kunt u methotrexaat blijven gebruiken.

    Bel bij koorts of als u zich ziek voelt altijd uw reumatoloog, reumaverpleegkundige of huisarts.
    U mag dan meestal even geen methotrexaat gebruiken.
  • Overgevoelig zijn: sommige mensen zijn overgevoelig voor methotrexaat. Zij kunnen een allergische reactie krijgen, zoals rode vlekken, jeuk, koorts of benauwdheid.
    Bel bij deze klachten altijd uw reumatoloog, reumaverpleegkundige of huisarts.

Op apotheek.nl vindt u ook de bijwerkingen van uw medicijn.

Bijwerkingen van prednison/prednisolon

  • Bij een prik:
    • Onrustig of warm gevoel tot 3 dagen na de prik.
      Dit gaat altijd weer weg en is niet gevaarlijk.
    • Klachten aan uw huid: u kunt een gladde, dunnere huid krijgen of meer kans op blauwe plekken. Dit is vooral als u prednison meer dan 3 weken achter elkaar gebruikt.
    • Als u diabetes (suikerziekte) heeft: uw bloedsuiker kan hoger worden.
    • Allergische reactie, zoals jeuk, een rode huid of benauwd voelen.
  • Als u pillen prednison slikt:
    • Zwaarder worden.
    • Dikker worden in gezicht en buik.
    • Maagklachten.
    • Hogere bloeddruk.
    • Klachten aan uw huid: u kunt een gladde, dunnere huid krijgen of meer kans op blauwe plekken. Dit is vooral als u prednison langer dan 3 weken achter elkaar gebruikt.
    • Minder sterke botten: soms krijgt u medicijnen om dit te voorkomen.
    • Vrolijk of juist somber voelen.
    • Bij diabetes (suikerziekte): uw bloedsuiker kan hoger worden.
    • Klachten aan uw ogen: meer druk op uw oogbol (glaucoom) of staar. Dit komt meestal alleen voor als u meerdere jaren prednison slikt.
    • Allergische reactie, zoals jeuk, een rode huid of benauwd voelen.

prednison

Prednison is een bijnierschorshormoon, ook wel corticosteroïd genoemd.
Bijnierschorshormonen remmen ontstekingen en overgevoeligheidsreacties. Ze zijn ook nodig om energie, mineralen en zouten vrij te maken en op te slaan.

Artsen schrijven prednison voor bij:

  • Ziektes met ernstige ontstekingen. Bijvoorbeeld luchtwegontstekingen (zoals COPD), reumatische aandoeningen (zoals reuma, polymyalgie en jichtaanvallen), darmziekten (namelijk colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn), het syndroom van Sjögren, bepaalde oogontstekingen, clusterhoofdpijn, lupus erythematodes (LE), ernstige huidontstekingen (zoals bij lepra), bepaalde bloedziekten (zoals de bloedstollingsziekte ITP), de ziekte van Duchenne (spierziekte), Bellverlamming (een vorm van gezichtsverlamming), bij nierziektes, zoals het nefrotisch syndroom en bij netelroos. Ook bij ontstekingen bij tuberculose (van het hartzakje en van de hersenen).
    Bij ontstekingsziekten wordt het op verschillende manieren gebruikt: in een hoge dosering voor een paar dagen tot weken (stootkuur) en in een lagere dosering voor meerdere maanden (langdurige behandeling). Artsen schrijven het meestal voor als stootkuur.
  • Prednison wordt ook gebruikt om afstotingsreacties tegen te gaan. Na orgaantransplantaties en als onderdeel van een behandeling bij kanker.
  • Ook wordt het gebruikt om een tekort aan lichaamseigen bijnierschorshormonen aan te vullen. Zoals bij de bijnierziekten de ziekte van Addison, de ziekte van Cushing en het adrenogenitaal syndroom. Als het op deze manier gebruikt wordt heet het substitutietherapie.

Ziektes waarbij prednison wordt gebruikt zijn:

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Controles als u reumamedicijnen gebruikt

Controles als u reumamedicijnen gebruikt

U moet regelmatig bij de reumatoloog op controle komen. Dat is belangrijk om:

  • te bespreken hoe goed de medicijnen werken
  • ernstige bijwerkingen vroeg te ontdekken
  • zo nodig te veranderen van medicijn of hoeveelheid, bijvoorbeeld als de bijwerkingen te erg worden of als u kinderen wilt.

De reumatoloog controleert uw bloed tijdens een afspraak. Zo kan hij of zij zien of het goed gaat met bijvoorbeeld uw lever of nieren.

In het begin van de behandeling heeft u ongeveer 1 keer per maand een controle.
Als de reumatoïde artritis rustig is door de behandeling, dan heeft u minder vaak een controle. Bijvoorbeeld 1 keer in de 3 of 6 maanden.

Als u opeens veel last heeft van uw gewrichten, dan heeft u weer vaker een afspraak in het ziekenhuis.

Controles voor hart- en vaatziekten

Als u reumatoïde artritis heeft, dan heeft u meer kans op hart- en vaatziekten. Bijvoorbeeld een hartinfarct of beroerte. Daarom controleert uw huisarts regelmatig uw gewicht, bloeddruk, bloedsuiker, nieren en cholesterol. Daarmee voorspelt uw huisarts hoe groot de kans is dat u hart- en vaatziekten krijgt. Is de kans groot? Dan krijgt u extra advies voor uw leefstijl of medicijnen om uw risico te verlagen.

Hoe gaat het verder als ik reumamedicijnen gebruik?

Hoe gaat het verder als ik reumamedicijnen gebruik?

De meeste mensen beginnen hun behandeling met methotrexaat. Behalve als u zwanger bent of wilt worden, of als u veel last heeft van maag-darmklachten. Bespreek dit met uw reumatoloog.

Helpen de medicijnen na 3 maanden nog niet goed? Of heeft u last van de bijwerkingen? Dan bepaalt u samen met de reumatoloog of u iets anders wilt proberen:

  • meer of minder van het medicijn
  • een ander reumamedicijn
  • verschillende reumamedicijnen

Reumatoïde artritis gaat niet over (het is een chronische ziekte). Er zijn perioden waarin de klachten erger worden en perioden waarin u wat minder klachten heeft.

Minder medicijnen als het goed gaat

Het is veilig om reumamedicijnen lange tijd te gebruiken.

Heeft u langere tijd reumamedicijnen gebruikt en gaat het nog steeds goed? Dan kunt u misschien wel minder medicijnen gaan nemen. De reumatoloog kan u helpen om langzaam steeds minder te gebruiken. Soms lukt het om met een medicijn te stoppen.

Wanneer contact opnemen als ik reumamedicijnen gebruik?

Wanneer contact opnemen als ik reumamedicijnen gebruik?

Bel meteen uw reumatoloog of huisarts als u een van deze klachten krijgt:

  • U krijgt koorts.
  • U heeft een wond.
  • U krijgt een allergische reactie, zoals jeuk, rode huid of benauwdheid.
Websites over hulp en hulpmiddelen

Websites over hulp en hulpmiddelen

Op Hulpmiddelenwijzer.nl staan adviezen over hulpmiddelen om dingen te blijven doen. Bijvoorbeeld om te werken, het huishouden te doen of om jezelf goed te verzorgen.

Op Regelhulp.nl van het ministerie van VWS staat informatie over zorg regelen, mantelzorg en hulp bij de dingen die je elke dag doet.

Meer informatie over reumatoïde artritis

Meer informatie over reumatoïde artritis

Voor meer informatie over reumatoïde artritis kunt u terecht bij reuma.nl. U vindt hier informatie over allerlei gewrichtsklachten, onder meer reumatoïde artritis.

Jong-en-reuma.nl is een website gemaakt voor en door jongeren met reuma.

Wilt u contact met andere mensen die reumatoïde artritis hebben? Kijk dan op ReumaZorgNederland.nl of op reuma.nl.

We hebben de informatie over reumatoïde artritis gemaakt met:

FMS
NHG
Deze tekst is aangepast op

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?