In het kort
- In kleine tot middelgrote spataderen kunt u een vloeistof laten spuiten die het bloedvat dichtplakt.
- In grote of diepe spataderen kunt u schuim laten spuiten.
- Aan dichtspuiten zitten weinig risico’s.
- Hoe lang de spatader dicht blijft zitten, hangt vooral af van de grootte. Grotere spataderen gaan sneller weer open dan kleine.
- U verkleint de kans op nieuwe spataderen:
- met oefeningen voor de kuitspieren: op uw tenen staan en dan weer op uw hielen, steeds op en neer
- door af te vallen als u te zwaar bent
- door genoeg te bewegen
- door uw benen hoog te leggen als u zit
Hoe gaat het dichtspuiten van spataderen?
Inspuiten met vloeistof
Kleine tot middelgrote spataderen kunt u laten inspuiten met een vloeistof. Door de vloeistof wordt het bloedvat dichtgeplakt.
U draagt daarna een verbandkous om de ader dicht te drukken. Die blijft een aantal dagen zitten. Na 2 weken is het bloedvat dichtgeplakt. De opgezette ader is dan niet meer te zien.
Inspuiten met schuim (echofoamsclerose)
Grote of diepe spataderen kunt u laten dichtspuiten met schuim. Deze behandeling gebeurt met een echo. Op een beeldscherm kan de arts dan controleren of het schuim op de goede plek zit. En tot waar hij/zij moet inspuiten.
Na de behandeling draagt u een verbandkous om de ader dicht te drukken. Die blijft 2 tot 10 dagen zitten. Bij uw volgende bezoek kijkt de arts of de spataderen goed dicht zitten.
Hoe goed helpt het dichtspuiten van spataderen?
Hoe lang de spataderen weg blijven, is afhankelijk van de grootte van de spatader die behandeld is. Hoe groter de spatader, hoe meer kans u heeft dat de ader na enkele jaren weer open gaat. U kunt de spatader dan weer laten dichtspuiten.
Ook kunt u nieuwe spataderen krijgen. Daarom blijven de adviezen tegen de oorzaken van spataderen belangrijk.
Wat zijn de risico’s van het dichtspuiten van spataderen?
Problemen na inspuitingen komen bijna nooit voor. Er is een kans op:
- bruine verkleuringen van de huid. Die gaan na een paar weken tot maanden vanzelf weg.
- een klein wondje. Als de vloeistof of het schuim in de huid komt, kunt u een wondje krijgen. Dit gaat meestal binnen 6 tot 8 weken over. U kunt er wel een klein litteken aan overhouden.
- een pijnlijke verdikking in de ingespoten spatader (aderontsteking). Dit is een ontsteking door achtergebleven schuim of vloeistof in de spatader. De ontsteking gaat meestal vanzelf over. Soms zijn medicijnen (bloedverdunners) nodig.
- kleine rode adertjes op de ingespoten plaatsen. Ze worden steeds minder goed zichtbaar.
- een allergische reactie. Heeft u allergische klachten, zoals astma of hooikoorts? Dan kunt een kwartier na de behandeling benauwd worden of gaan hoesten. Deze reactie is goed te behandelen met medicijnen (antihistamine).
- trombose. Bij trombose ontstaat er een bloedpropje waardoor een bloedvat verstopt kan raken. U krijgt dan een dik, rood en pijnlijk been. De kans op trombose bij inspuitingen is heel klein: minder dan 1 van de 5000 mensen krijgt het.
Wanneer contact opnemen met de arts?
Neem contact op met de arts die u behandeld heeft:
- als de huid rond de behandelde ader rood en pijnlijk is,
- als u een pijnlijke verdikking in uw been heeft,
- als uw hele (onder)been rood, pijnlijk en dik is,
- als u pijn heeft bij het ademen.
Meer informatie over spataderen
- Wilt u meer weten over spataderen dan kunt u aanvullende betrouwbare informatie vinden op de website van:
- Op Zorgkaart Nederland kunt u ervaringen met zorgverleners vinden en zelf zorgverleners waarderen.
- Met behulp van een keuzewebsite van de Harteraad kunt u zoeken naar de zorgaanbieder die het best bij uw wensen past.
We hebben deze informatie gemaakt met: