In het kort
- Uveïtis is een ontsteking binnen in het oog.
- Bij uveïtis zie je wazig of minder goed.
- De oogarts doet een uitgebreid oogonderzoek.
- Je krijgt druppels om je pupillen wijder te maken. Hierdoor kun je korte tijd minder goed zien.
- Soms krijg je ook een scan van je oog of andere onderzoeken.
Wat is uveïtis?
Uveïtis is een ontsteking binnen in het oog.
De ontsteking kan in 1 deel van het oog zitten. Bijvoorbeeld in de iris, het glasvocht of het netvlies. Of de ontsteking zit in het hele oog.
Uveïtis kan in 1 oog zitten of in beide ogen tegelijk. Het kan ook eerst in het ene oog en daarna in het andere oog zitten.
Welke onderzoeken krijg je om te weten of je uveïtis hebt?
Als je huisarts of een andere arts denkt dat je uveïtis hebt, stuurt die je door naar de oogarts. Ook iemand die je ogen onderzoekt in een brillenwinkel (optometrist) kan je doorsturen.
Onderzoek van je ogen
Met een oogonderzoek kan een oogarts meestal zien of je uveïtis hebt. Je krijgt oogdruppels in je ogen. Hierdoor worden je pupillen wijder. De arts kijkt dan in je ogen met een lampje en met een soort microscoop (spleetlamp).
Door de oogdruppels zie je een paar uur waziger. Je ogen zijn dan ook gevoeliger voor fel licht. Daarom is het fijn om een zonnebril te dragen na het onderzoek. Je mag na het onderzoek niet zelf rijden.
Vaak krijg je meer onderzoeken van je ogen. Bijvoorbeeld om te zien hoe groot de ontsteking is. Of om te onderzoeken wat de oorzaak van de ontsteking is. Voorbeelden van deze oogonderzoeken zijn:
- een oog-scan
Er worden beelden van het midden van je netvlies gemaakt. Het midden van je netvlies heet gele vlek. Of er worden beelden van je oogzenuw gemaakt. De scan gebeurt door naar een beeldscherm te kijken. Dit doet geen pijn.
Dit onderzoek heet een OCT-scan. - foto's van bloedvaten in je oog
Met hulp van kleurstoffen worden foto’s gemaakt. Bijvoorbeeld van de bloedvaten in je netvlies en van het vaatvlies. Je krijgt een kleurstof in een ader in je arm gespoten. Via je aders komt deze kleurstof in je hele lichaam. En dus ook in je ogen.
Dit onderzoek heet een fluorescentie-angiogram. - onderzoek van vocht uit je oog
Je krijgt druppels verdovende vloeistof in je oog. Je kunt je oog nog bewegen. Ook kun je nog vaag zien. Je voelt geen pijn. Je krijgt een ooglid-spreider in je oog. Daarmee wordt je oog opengehouden. Met een kleine dunne naald haalt de arts een klein druppeltje vocht uit het voorste deel van je oog. Dit heet een voorste oogkamer-punctie.
In het laboratorium wordt gekeken of er een virus of parasiet in het oogvocht zit. - onderzoek van het glasvocht
Je krijgt verdoving van je oog. Soms word je met medicijnen in slaap gebracht (narcose). Je merkt daardoor niets van het onderzoek. De arts haalt met een naald een beetje glasvocht uit het achterste deel van je oog. Dit heet een glasvocht-punctie.
Het glasvocht wordt onderzocht om te zien of er een virus, bacterie of parasiet in zit.
Andere onderzoeken
Vaak zijn er ook onderzoeken van je lichaam nodig. Dit is om te weten of je ook een andere ziekte hebt. Of ontstekingen op andere plekken.
Bijvoorbeeld:
- onderzoek van je bloed of plas
Meestal moet je bloed laten prikken of een potje plas inleveren. Je bloed en plas worden in het laboratorium onderzocht. Bij sommige mensen is in het bloed te zien wat de oorzaak is van de ontsteking. In de plas is soms te zien of er een ontsteking in je nieren zit. - onderzoek van je longen
Om te zien of je ook ontstekingen in je longen hebt, krijg je misschien een CT-scan, röntgenfoto of PET-scan van je longen.
Hoe gaat het verder als je uveïtis hebt?
Als je uveïtis hebt, krijg je medicijnen tegen ontstekingen. Hierdoor kunnen je klachten minder worden. Ook wordt de kans kleiner dat je schade aan je oog houdt.
Meer informatie over onderzoek naar uveïtis
- Meer informatie over ogen: Oogfonds.
- Meer informatie over uveïtis: Oogvereniging en Oogartsen.nl.
We hebben de tekst gemaakt met de richtlijn voor artsen over uveïtis.