Je kunt onderzoek krijgen om te kijken hoe ver de kanker is doorgegroeid naar bloedvaten en organen in de buurt van je alvleesklier. En of de kanker naar andere delen van je lichaam is gegaan (uitzaaiingen).
Je kunt deze onderzoeken krijgen:
- een scan
- kijk-onderzoeken
- onderzoek van cellen of weefsel
CT-scan
De arts maakt een CT-scan van je borstkas en buik. Daarop kan die zien waar in de alvleesklier de kanker zit. En of de kanker ook in andere delen van je lichaam zit (uitzaaiingen). Bijvoorbeeld in je lymfeklieren, in je buikholte of in andere organen.
Soms krijg je een prik met contrastmiddel in je arm. Dat kan een warm gevoel geven. Sommige mensen worden misselijk van contrastmiddel. Je kunt daarom een paar uur voor de CT-scan beter niet eten en drinken.
Kijk-onderzoek
Je kunt ook een kijk-onderzoek krijgen (een echo-endoscopie). Hiermee is kanker te zien die kleiner is dan 2 centimeter.
Voordat je dit onderzoek krijgt, mag je een paar uur niets eten en drinken. Je maag moet leeg zijn.
Je krijgt medicijnen om rustig en slaperig te worden. Vaak verdooft de arts je keel met een spray. Dan krijg je via je mond een dunne slang naar binnen. Die gaat naar je maag of het begin van je darm. Aan het uiteinde van de slang zitten een lampje, een cameraatje en een echo-apparaatje. Daarmee bekijkt de arts alles. De arts kan ook cellen en weefsel weghalen voor onderzoek.
Kijk-onderzoek bij galweg
Dit onderzoek krijg je meestal als je geelzucht hebt doordat de kanker de galweg dicht drukt. Het onderzoek heet ERCP.
Bij dit onderzoek lig je op je buik. Je krijgt eerst medicijnen om rustig en slaperig te worden. Je krijgt een slang in je mond. Die gaat tot in je dunne darm. Aan het uiteinde van de slang zit een lampje met een cameraatje eraan.
De arts kijkt niet alleen, maar plaatst ook een metalen of plastic buisje in de galweg. Dit heet een stent. De stent drukt de kanker opzij en houdt zo de galweg open. Hierdoor kan de gal weg. De arts haalt ook cellen en weefsel weg voor onderzoek.
Onderzoek van cellen of weefsel
Bij dit onderzoek haalt de arts cellen, weefsel of vocht weg. In het laboratorium kunnen ze dan zien om welk type kanker het precies gaat. Dit kan belangrijk zijn voor de behandeling.
Dat weghalen kan op twee manieren. Het kan van binnenuit tijdens een kijk-onderzoek. En ook van buitenaf met een dunne naald, bij een echo of CT-scan.
Cellen of weefsel weghalen en onderzoeken is ook nodig als je geen operatie meer kunt krijgen om de alvleesklierkanker weg te halen. Bijvoorbeeld als je uitzaaiingen in je lever hebt.
