In het kort
- Uw kind is te vroeg geboren en heeft longschade.
- Daardoor kan uw kind sneller moe zijn bij bewegen en sporten.
- Uw kind kan zieker worden bij verkoudheid of koorts dan gezonde kinderen.
- Houd afstand van mensen die verkouden zijn.
- Was uw handen en die van uw kind een paar keer per dag. Zo is de kans op ontstekingen of verkoudheid kleiner.
- Laat uw kind veel bewegen en sporten.
Wat is longschade door een te vroege geboorte?
Uw kind is te vroeg geboren en heeft longschade. De longschade kan komen doordat uw kind te vroeg geboren is en door de behandelingen die uw kind nodig had.
Door de longschade kunnen de longen van uw kind zich minder goed ontwikkelen. De longen werken hierdoor minder goed. Meestal blijven de longen van uw kind kleiner dan longen van gezonde kinderen.
In de eerste levensjaren kan uw kind vaker last hebben van benauwdheid, piepen en slijm in de keel of longen. Ook is uw kind door de longschade meestal sneller moe bij bewegen en sporten.
Als kinderen met longschade ouder worden, krijgen ze meestal steeds minder klachten.
Als de hersenen van uw kind ook minder goed ontwikkeld zijn, kan het mogelijk minder goed bewegingen leren. Uw kind kan bijvoorbeeld moeite hebben met lopen of een bal vangen.
De medische naam voor longschade bij te vroeg geboren baby’s is bronchopulmonale dysplasie of BPD.
Wat merkt mijn kind van de longschade?
Door longschade werken de longen van uw kind meestal minder goed. Het ene kind heeft daar veel last van, het andere niet. Uw kind kan deze klachten hebben:
- Bij bewegen en sporten kan uw kind sneller moe zijn.
- Uw kind kan klachten hebben die lijken op astma.
Zoals sneller ademen, hoesten, piepen en benauwd zijn. Soms kunnen medicijnen om in te ademen dan helpen. Uw arts kan vertellen welke medicijnen uw kind kan krijgen. - Uw kind kan extra ziek worden bij een verkoudheid, ontsteking in keel of longen, koorts of griep.
Uw kind kan sneller gaan ademen of benauwd zijn. Uw kind heeft dan mogelijk extra zuurstof nodig. Het kan zijn dat uw kind dan naar het ziekenhuis moet.
Uw kind krijgt niet steeds de medicijnen antibiotica. Dat zorgt er namelijk niet voor dat uw kind minder vaak ziek wordt. Ook hoeft uw kind geen griepprik te krijgen.
Wat kan ik zelf doen als mijn kind longschade heeft?
De kans is groter dat uw kind erg ziek wordt van een ontsteking van keel, neus of longen, zoals verkoudheid. U kunt helpen om de kans op ontstekingen kleiner te maken.
- Houd de eerste winter afstand van mensen die verkouden zijn.
- Bespreek met uw arts of uw kind een prik tegen het RS-virus kan krijgen. Hierdoor wordt de kans kleiner dat uw kind in het ziekenhuis moet worden opgenomen. In de winter krijgt uw kind dan elke maand een prik in een spier.
- Zorg dat uw kind geen sigarettenrook inademt. Rook bijvoorbeeld niet in de buurt van het kind. Probeer te stoppen met roken. Zorg dat uw kind niet zelf gaat roken.
We weten nog niet zeker of deze tips helpen om de kans op ontstekingen kleiner te maken:
- Was uw handen en die van uw kind een paar keer per dag.
- Zet een paar keer per dag de ramen in huis 10 minuten open om frisse lucht binnen te krijgen.
- Laat uw kind veel bewegen, zoals naar school fietsen en sporten. De spieren die helpen bij de ademhaling worden hierdoor sterker. Ook de conditie wordt beter.
Via patiëntenorganisaties kunt u contact hebben met andere ouders die hetzelfde hebben meegemaakt met hun kinderen.
Hoe gaat het verder als mijn kind longschade heeft en ouder wordt?
Uw kind blijft onder controle bij de kinderarts. Meestal komt u met uw kind een paar keer per jaar voor controle. De kinderarts kijkt dan hoe het met de longen en ademhaling van uw kind gaat. En naar welke klachten uw kind heeft. U krijgt adviezen waar u op moet letten bij uw kind.
Sommige kinderen met longschade hebben als volwassene geen problemen met hun longen meer. We weten nog niet hoe dit komt.
We weten wel dat de longen minder goed werken dan bij gezonde mensen van dezelfde leeftijd. Als uw kind bijvoorbeeld zou gaan roken, kan het hierdoor mogelijk weer meer klachten krijgen. Het is daarom belangrijk dat uw kind niet gaat roken.
Wanneer bel ik een arts als mijn kind longschade heeft?
Maak een afspraak bij de kinderarts als:
- uw kind snel of moeilijk ademt en hierdoor minder drinkt
- u twijfelt of uw kind moeilijker of sneller ademt en u vertrouwt het niet
Uw kind kan dan misschien meer of andere medicijnen krijgen, of extra zuurstof.
Meer informatie over longschade bij te vroeg geboren baby's
- Contact met ouders van couveusekinderen en informatie over de afdeling neonatologie: Care4neo.
- Meer informatie en adviezen: Longfonds.
We hebben de informatie gemaakt met de richtlijn voor artsen over bronchopulmonale dysplasie.