In het kort
- Als je diabetes type 1 hebt, moet je insuline gaan gebruiken.
- Dit kan met een insuline-pen of een insuline-pomp.
- Controleer meerdere keren per dag je bloedsuiker.
- Eet druivensuiker als je bloedsuiker te laag is (hypo).
- Geef jezelf extra insuline als je bloedsuiker te hoog is (hyper).
- Bel 112 als je moeilijk ademt of moet overgeven.
- Vertel mensen in je omgeving dat zij 112 moeten bellen als je niet meer reageert of bewusteloos raakt.
insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Waarom moet je insuline gebruiken bij diabetes type 1?
Je lichaam heeft insuline nodig. Zonder insuline blijft er te veel suiker in je bloed (glucose). En komt er te weinig suiker in de cellen van je lichaam. Je organen kunnen dan beschadigen, waardoor je ernstige problemen krijgt.
Jouw lichaam maakt zelf geen of bijna geen insuline aan. Daarom moet je je hele leven insuline gebruiken.
insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Hoe gebruik je insuline bij diabetes type 1?
Je kunt insuline gebruiken met een insuline-pen of een insuline-pomp. Of een insuline-pomp die automatisch insuline geeft: een (hybride) closed loop.
Je bespreekt met je diabetes-team welke manier van insuline gebruiken voor jou het beste en fijnste werkt.
Hoe gebruik je een insuline-pen?
Je doet een naaldje in de insuline-pen en stelt in hoeveel insuline de pen moet geven.
Daarna zet je de pen op je huid, meestal in je bovenbeen of je buik. Als je de pen indrukt, spuit die insuline onder je huid. De insuline gaat naar je bloed.
Je gebruikt insuline die kort werkt voor elke maaltijd. En je gebruikt meestal 1 keer per dag insuline die lang werkt.
Hoe gebruik je een insuline-pomp?
Een insuline-pomp is een apparaatje waar insuline in zit. Van de pomp gaat er een dun slangetje naar een naaldje in je huid. Er zijn ook insuline-pompen die je meteen op je huid zet.
De pomp geeft dag en nacht insuline die kort werkt. Je kunt jezelf makkelijk extra insuline geven, bijvoorbeeld als je gaat eten.
Hoe gebruik je een insuline-pomp met suiker-sensor?
Er zijn ook insuline-pompen met een suiker-sensor eraan. De sensor meet hoeveel suiker er in je cellen zit, en de pomp geeft je dan precies zoveel insuline als je nodig hebt.
Dit zorgt er bij de meeste mensen voor dat hun bloedsuiker beter blijft. En dat zij zich beter voelen.
Deze pomp heet een (hybride) closed loop.
Zo leer je om het zelf te doen
Je leert van de diabetes-verpleegkundige hoe je de insuline-pen of de insuline-pomp gebruikt. Je leert ook om zelf je bloedsuiker te controleren. En welke dingen invloed hebben op je bloedsuiker, zoals eten, drinken en sporten.
insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Hoeveel insuline moet je gebruiken bij diabetes type 1?
Je bespreekt met je arts hoeveel en hoe vaak je insuline moet gebruiken.
Als je een insuline-pen gebruikt, spuit je meestal minimaal 4 keer per dag insuline. Samen met je arts maak je hiervoor een schema. Hoe dit schema eruitziet, hangt af van je leeftijd, je baan, wat je op een dag doet en of je nog andere ziektes hebt. Het is belangrijk dat je je in het begin precies aan dit schema houdt.
Een insuline-pomp geeft je de hele dag door insuline die kort werkt. De arts of diabetes-verpleegkundige stelt in hoeveel insuline de pomp je moet geven.
De hoeveelheid insuline aanpassen
Gebruik je al wat langer insuline, dan kun je jezelf in bepaalde situaties iets meer of minder insuline geven.
Ga je veel koolhydraten eten, dan geef je jezelf wat meer insuline. Koolhydraten zitten in veel dingen die je eet. Bijvoorbeeld in deze dingen:
- brood, aardappelen, rijst en pasta
- snoep, koek en gebak
- groente en fruit
- melk, karnemelk en yoghurt
Als je deze dingen eet, heb je meer insuline nodig.
Ga je sporten, dan heb je vaak minder insuline nodig. Hoeveel minder insuline je precies nodig hebt, is iets wat je moet ontdekken. Meet daarom je bloedsuiker voor en na het sporten.
Controleer je bloedsuiker meerdere keren per dag. In ieder geval voor elke maaltijd en voordat je naar bed gaat.
insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Wat merk je als je te veel of te weinig insuline gebruikt?
Dit merk je als je te veel of te weinig insuline gebruikt:
Als je te veel insuline gebruikt
Als je te veel insuline gebruikt, kan je bloedsuiker te laag worden. Dit heet een hypo. Je kunt dan deze klachten krijgen:
- honger hebben
- zweten
- trillen
- duizelig zijn
- hartkloppingen hebben
- gapen
- in de war zijn
- je onrustig voelen
Je leert van het diabetes-team wat je het beste kunt doen als je een hypo hebt. Het betekent meestal dat je druivensuiker moet nemen.
Als je veel te weinig suiker in je bloed hebt, kun je flauwvallen. Het diabetes-team helpt jou hoe je niet te veel en niet te weinig insuline kunt gebruiken.
Als je toch flauwvalt, moet iemand direct 112 bellen.
Familie, vrienden en je partner kunnen leren hoe ze je het medicijn glucagon moeten geven als je flauwvalt. Daardoor wordt je bloedsuiker weer hoger.
Als je te weinig insuline gebruikt
Als je te weinig insuline gebruikt, kan je bloedsuiker te hoog worden. Dit heet een hyper. Je kunt dan deze klachten krijgen:
- dorst hebben
- veel plassen
- een droge of plakkerige tong hebben
- nergens zin in hebben
- moe of slaperig zijn
- geen zin in eten hebben
- misselijk zijn of overgeven
- buikpijn hebben
- snel ademen
- wazig zien
Als je veel te veel suiker in je bloed hebt, kun je uitdrogen, flauwvallen of in coma raken. Dit is levensgevaarlijk. Iemand moet dan direct 112 bellen.
glucagon
Glucagon verhoogt het bloedsuiker.
Artsen schrijven glucagon voor bij een te laag bloedsuiker ('hypo') bij mensen met diabetes mellitus (suikerziekte).
Artsen gebruiken glucagon ook in het ziekenhuis om de darmbewegingen te onderdrukken. Bijvoorbeeld bij een onderzoek aan de darmen. En verder bij onderzoek naar de werking van de alvleesklier. Ook gebruiken artsen het als iemand teveel van bepaalde medicijnen tegen een hoge bloeddruk heeft ingenomen. Bijvoorbeeld een betablokker, zoals metoprolol, of een calciumblokker, zoals verapamil.
Deze tekst gaat alleen over het gebruik van glucagon bij een hypo door diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Hoe gaat het verder bij diabetes type 1?
Insuline gebruiken verandert veel aan je leven:
- Je moet een paar keer per dag insuline spuiten. Of je krijgt de hele dag door insuline van de insuline-pomp. Je hebt je hele leven insuline nodig, want diabetes type 1 gaat niet over.
- Je moet je bloedsuiker meerdere keren per dag controleren. In ieder geval voor elke maaltijd. Ga je veel koolhydraten eten, dan geef je jezelf wat meer insuline.
Het kost tijd om deze veranderingen in je leven te accepteren. Deze dingen kunnen je helpen om te leren omgaan met diabetes:
- Praat erover met familie en vrienden. Het helpt als zij je begrijpen. Wil je over je ziekte praten met andere mensen met diabetes, kijk dan eens bij de Diabetes Vereniging Nederland.
- Ben je vaak bang, boos of verdrietig, neem dan contact op met je huisarts. Die kan je doorsturen naar een psycholoog als je dat wilt.
insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Wanneer bellen als je diabetes type 1 hebt?
Bel direct het ziekenhuis of 112 bij 1 of meer van deze klachten:
- Je ademt anders dan normaal.
- Je kunt moeilijk ademen.
- Je bent misselijk of moet overgeven.
- Je bloedsuiker is te laag en druivensuiker eten helpt niet.
- Je hebt te veel insuline gebruikt.
Vertel ook je partner, familieleden en andere mensen in je omgeving dat zij direct 112 moeten bellen in deze situaties:
- Je bent suf: mensen merken dat je steeds minder reageert.
- Je raakt bewusteloos.
Je hebt dan misschien veel te veel of veel te weinig suiker in je bloed. Dit is levensgevaarlijk.
Maak een afspraak met je arts of diabetes-verpleegkundige in deze situaties:
- Je hebt koorts.
- De plekken waar je de insuline spuit zijn dik en rood en doen pijn.
insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Meer informatie over insuline gebruiken
- Meer informatie over diabetes type 1: diabetes.nl.
Ook over bijvoorbeeld de soorten insuline. - Andere mensen met diabetes leren kennen: Diabetes Vereniging Nederland (DVN).
insuline
Insuline is een injectiemiddel voor mensen met diabetes die zelf geen of onvoldoende insuline aanmaken.
Er zijn verschillende soorten insuline verkrijgbaar: kortwerkend, middellangwerkend, langwerkend en combinaties hiervan.
Artsen schrijven het voor bij diabetes mellitus.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.