Ik heb eierstokkanker met uitzaaiingen en krijg een interval-debulking

In het kort

In het kort

  • Interval-debulking is een behandeling bij eierstokkanker met uitzaaiingen.
  • U krijgt eerst 3 chemobehandelingen.
  • Daarna wordt u geopereerd. De arts haalt weefsel en organen uit uw buik weg, waaronder uw eierstokken, eileiders en baarmoeder.
  • Aan het einde van de operatie kan uw buik gespoeld worden met verwarmde chemotherapie (HIPEC-behandeling).
  • Na de operatie krijgt u weer 3 chemobehandelingen.
Wat zijn uitzaaiingen van eierstokkanker in de buik?

Wat zijn uitzaaiingen van eierstokkanker in de buik?

Bij eierstokkanker groeit er een gezwel van kankercellen in 1 of 2 eierstokken of de eileiders. Dit heet een tumor. De tumor kan verder groeien in de baarmoeder en de eileiders.

Er kunnen ook cellen van de tumor ergens anders in uw lichaam komen en daar verder groeien. Dit zijn uitzaaiingen.

Bij eierstokkanker krijgt u eerst uitzaaiingen in de buik. In de buik zitten organen, zoals de eierstokken, de maag, lever, galblaas, milt en de darmen. Tussen deze organen zit vocht (buikvocht). Als kankercellen in het buikvocht komen, kunnen ze zich makkelijk verspreiden. De uitzaaiingen in de buik zitten meestal:

  • in het dunne vlies dat in de buik om de organen heen zit (het buikvlies)
  • in een laag vet die voor de darmen hangt (het vetschort)

Later kunnen ook buiten de buik uitzaaiingen komen, zoals in de lymfeklieren of bij de longen.

Hoe gaat de behandeling interval-debulking bij eierstokkanker met uitzaaiingen?

Hoe gaat de behandeling interval-debulking bij eierstokkanker met uitzaaiingen?

Interval-debulking is een behandeling bij eierstokkanker. U krijgt eerst chemobehandelingen, dan een operatie en dan weer chemobehandelingen. De operatie heet een interval-debulking.

De arts kan deze behandeling adviseren:

  • als de tumor te groot is om weg te halen
    U krijgt dan eerst chemobehandelingen om de tumor kleiner te maken.
  • als u niet fit of gezond genoeg bent om meteen geopereerd te worden
    Door de chemotherapie wordt de tumor kleiner. U voelt zich dan meestal beter. U kunt dan in een betere conditie komen voor de operatie.

De behandeling bestaat uit 3 stappen:

1. Chemotherapie

U krijgt 3 chemobehandelingen. Dit zijn medicijnen die kankercellen in het hele lichaam doodmaken of afremmen. De tumor wordt kleiner. De kans dat de operatie goed gaat, wordt hierdoor groter. Er zijn veel soorten chemo. Bij eierstokkanker met uitzaaiingen in de buik krijgt u meestal paclitaxel (taxol) en carboplatine.

U krijgt de chemotherapie via een slangetje (infuus) in een ader. 1 behandeling duurt een paar uur. U kunt dezelfde dag weer naar huis.

Tussen de behandelingen zitten meestal 3 weken. Uw arts controleert tussen de behandelingen uw bloed. Soms krijgt u extra bloed tussen de behandelingen door. Lees voor informatie over de bijwerkingen de teksten over chemotherapie bij eierstokkanker.

Na 2 of 3 kuren krijgt u een CT-scan. Daarmee kan de arts zien of de chemotherapie goed heeft gewerkt. De arts overlegt dan met andere artsen of u na 3 kuren geopereerd kunt worden.

2. Operatie (soms met spoelen van de buik met verwarmde chemotherapie)

Na de chemobehandelingen wordt u geopereerd. De arts haalt weefsel waarin kanker zit en organen weg, zoals uw eierstokken, eileiders en baarmoeder. Lees voor meer informatie de tekst over de operatie bij eierstokkanker.

Wanneer de ziekte alleen in de buik zit, kan de arts de buik aan het einde van de operatie spoelen met verwarmde chemotherapie. Dit heet een HIPEC-behandeling. Doordat de chemotherapie warm is, werkt het beter.

De vloeistof met chemo komt alleen in uw buik. De arts kan daardoor een meer van de chemotherapie geven op de plek waar de ziekte zat.

Door de behandeling gaan onzichtbare kankercellen in uw buik dood. Het spoelen duurt 90 minuten. Dit gebeurt als u slaapt (narcose).

Wanneer kunt u een buikspoeling met verwarmde chemotherapie krijgen?

  • als de uitzaaiingen alleen in de buik zitten (niet daarbuiten). Dit heet een stadium 3 eierstokkanker.
  • als de arts alle of bijna alle tumoren heeft weg kunnen halen
  • als uw nieren goed werken

3. Chemotherapie

Na de operatie krijgt u weer 3 chemobehandelingen.

carboplatine

Carboplatine is een kankerremmende stof (cytostaticum).

Artsen schrijven het voor als chemotherapie (chemokuur) bij kanker van de eierstok (ovarium) of de long. Soms ook bij een gezwel in het oog.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.

paclitaxel

Paclitaxel is een kankerremmende stof (cytostaticum). Het remt de groei van sommige tumoren.

Artsen schrijven paclitaxel voor als chemotherapie (chemokuur) bij kanker.

Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.
Behandeling van eierstokkanker met PARP-remmers (doelgerichte therapie)

Behandeling van eierstokkanker met PARP-remmers (doelgerichte therapie)

Is de eierstokkanker na de operatie en de chemotherapie weg of bijna weg? Dan kunt u na deze behandelingen soms een behandeling krijgen met PARP-remmers (doelgerichte therapie). Dit zijn medicijnen die ervoor zorgen dat kankercellen na chemotherapie minder goed groeien.

Daardoor wordt de kans kleiner dat eierstokkanker terugkomt. Of duurt het langer voordat de eierstokkanker terugkomt. U hoort van uw gynaecoloog of u deze medicijnen kunt krijgen.

Bij 60 van de 100 vrouwen komt eierstokkanker terug. Als eierstokkanker terugkomt, kunt u weer een behandeling krijgen.

Hoe gaat het verder na interval-debulking bij eierstokkanker met uitzaaiingen?

Hoe gaat het verder na interval-debulking bij eierstokkanker met uitzaaiingen?

Na de behandeling blijft u nog een tijd onder controle.

  • jaar 1 en 2 na de behandeling: elke 3 maanden controle
  • jaar 3 na de behandeling: elke 4 maanden controle
  • jaar 4 na de behandeling: elke 6 maanden controle
  • jaar 5 na de behandeling: 1 keer per jaar controle

Daarna hoeft u niet meer op controle te komen.

Samen met uw arts beslist u hoe de controles na het eerste jaar gaan: in het ziekenhuis komen, bellen of via e-mail. Hierbij kunt u ook de Keuzekaart Eierstokkanker (nazorg) gebruiken.

Klachten

Na de behandeling van eierstokkanker kunt u lange tijd klachten houden. Er zijn soms klachten die niet meer weggaan. U kunt die bespreken met uw arts, de verpleegkundig specialist of oncologie-verpleegkundige. Lees ook de informatie over hoe het verder gaat na de behandeling van eierstokkanker.

Als u niet meer beter kunt worden

Heeft de arts bij de operatie gezien dat de eierstokkanker te ver is gegroeid? Of dat er te veel uitzaaiingen zijn? Dan kunt u niet meer beter worden.

De arts bespreekt met u welke behandelingen mogelijk zijn om zo lang mogelijk te leven met zo weinig mogelijk klachten. Het is belangrijk dat u zich zo lang mogelijk goed blijft voelen. Kanker kan veel klachten geven. Bijvoorbeeld pijn, geen zin in eten en moeheid. Bespreek met uw arts wat u belangrijk vindt en welke zorg en behandelingen u wel wilt.

Keuzekaart

Keuzekaart

Gebruik de keuzekaart om samen met uw arts te beslissen hoe de controles gaan: in het ziekenhuis komen, bellen of via e-mail.

Meer informatie over eierstokkanker
FMS
Deze tekst is aangepast op

Vond je deze informatie nuttig?

Vond je deze informatie nuttig?
Heb je een tip hoe wij Thuisarts.nl kunnen verbeteren?