In het kort
- In het ziekenhuis kun je 1 van deze behandelingen krijgen:
- dotteren
- een stent
- een operatie
- Daarna is het belangrijk om weer door te gaan met de looptraining.
- Ga ook door met gezond leven.
Wanneer bellen bij etalagebenen?
Bel met spoed de huisarts of de huisartsen-spoedpost bij 1 of meer van deze dingen:
- Je krijgt hele erge pijn in je been.
- Je been heeft opeens minder kleur en is koud.
- Je hebt opeens veel minder gevoel in je been.
- Je hebt opeens veel minder kracht in je been.
Deze klachten kunnen komen doordat de slagader naar je been opeens dicht zit. Dan krijgt je been veel te weinig bloed. Je moet dan snel naar het ziekenhuis.
Maak binnen 1 of 2 dagen een afspraak met de huisarts bij 1 of meer van deze dingen:
- Je krijgt 's nachts pijn in je been of je voet. De pijn wordt minder als je je been uit bed hangt.
- Een wondje aan je been of voet gaat niet dicht.
- Als je loopt krijg je opeens veel sneller pijn in je been.
Je kon bijvoorbeeld eerst meer dan 100 meter lopen zonder pijn, maar nu heb je al na een paar meter pijn.
Maak een afspraak met de arts in het ziekenhuis bij deze dingen:
- Je krijgt looptraining, maar je klachten worden toch erger.
- Je hebt 3 maanden looptraining gedaan, maar je klachten worden niet minder.
Welke onderzoeken kun je krijgen bij etalage-benen?
In het ziekenhuis kun je deze onderzoeken krijgen:
Doppler-onderzoek
Dit is een onderzoek om te kijken of er verschil is tussen de bloeddruk in je arm en in je been. Het heet een doppler-onderzoek of enkel-arm index.
De arts doet een band om je arm en daarna om je onderbeen. Bij gezonde bloedvaten is de bloeddruk in je onderbeen hoger dan de bloeddruk in je arm. Of hetzelfde. Bij een etalage-been is de bloeddruk in je onderbeen een stuk lager dan in je arm.
Voor dit onderzoek kun je het beste kleding dragen die je makkelijk uit kunt doen. Of kleren die niet zo strak om je armen of benen zitten. Vanaf 2 uur voor het onderzoek mag je niet roken.
Lukt het niet om de band om je onderbeen te doen, bijvoorbeeld door een wond? Of heb je diabetes? Dan krijg je een bandje om je grote teen.
Looptest
Eerst wordt de bloeddruk in je arm en je benen gemeten. Daarna ga je lopen op een loopband. Ongeveer 8 minuten. Het is belangrijk dat je het zegt als je pijn krijgt in je benen.
Na het onderzoek meet de onderzoeker de bloeddruk in je arm en je benen nog een keer. Bij etalage-benen is de bloeddruk in je benen na de looptest lager dan in je armen.
Andere onderzoeken
- Soms krijg je een echo om te kijken hoe het bloed door je aderen stroomt.
- Voor een operatie krijg je soms een extra onderzoek van je bloedvaten. Bijvoorbeeld een MRI of een CT-scan. Daarmee kan de arts zien waar de bloedvaten dicht zitten.
Welke behandelingen kun je krijgen bij etalage-benen?
Je krijgt eerst looptraining met begeleiding van een fysiotherapeut. Van looptraining worden de klachten meestal veel minder.
Kun je de looptraining niet doen? Bijvoorbeeld omdat je niet goed kunt lopen? Dan bespreek je met de arts of een andere behandeling voor jou beter is. Bijvoorbeeld 1 van deze behandelingen:
- dotteren of een stent
- een operatie
Je bespreekt met de arts welke behandeling het beste bij je past. Je kunt ook vragen stellen en de voordelen en nadelen van elke behandeling bespreken.
Hoe gaat een dotter-behandeling bij etalage-benen?
Deze behandeling gebeurt meestal op de röntgen-afdeling van het ziekenhuis. Een arts probeert het stuk bloedvat dat dicht zit open te duwen met een soort ballonnetje. Dit duurt ongeveer 1 uur.
De behandeling gaat zo:
- Eerst krijg je een echo om te zien waar je bloedvat dicht zit.
- De arts kiest soms je arm en meestal je lies, tussen je buik en je bovenbeen.
- Je krijgt een prik om die plek te verdoven.
- Dan maakt de arts daar een klein gaatje in het bloedvat. En brengt een dun draadje naar de plek in je been waar het bloedvat dicht zit. Hier voel je meestal niet veel van.
- De arts spuit een klein beetje gekleurde vloeistof in (contrastmiddel). Dan maakt de arts foto's. Door het contrastmiddel kan de arts precies zien waar het bloedvat dicht zit. De vloeistof kan een beetje warm aanvoelen.
- De arts schuift een ballonnetje naar de plek waar het bloedvat dicht zit. Daar wordt het ballonnetje opgeblazen. Dat duwt zo het bloedvat open. Je bloed stroomt dan weer beter door de slagader.
Een stent
Als het bloed na de dotter-behandeling nog steeds niet goed doorstroomt, zet de arts er tijdens de operatie een stent in. Dit is een soort buisje van metaal of plastic. Dit helpt om het bloedvat goed open te houden.
Na de behandeling
- De arts drukt het gaatje in je lies een tijdje stevig dicht. Of maakt het met een hechting dicht. Of met een plugje. Dit is een dopje op de wond. Het lost vanzelf op.
- Meteen na de dotter-behandeling moet je een paar uur plat in bed liggen.
- De eerste uren controleert een verpleegkundige je bloeddruk en je hartslag. En de wond in je lies.
- Meestal mag je de volgende dag naar huis. Soms dezelfde dag.
- Na 24 uur mag de pleister er meestal af. Dan mag je ook weer douchen.
- Doe de eerste week rustig aan. Til geen zware dingen en loop niet veel trappen.
De behandelingen geven meestal weinig problemen. Soms krijg je een blauwe plek in je lies of op je benen.
Welke operaties kun je krijgen bij etalage-benen?
Als een dotter-behandeling of een stent niet helpt, kun je een operatie krijgen. Deze operaties tegen etalage-benen zijn er:
Bypass-operatie (omleiding)
De arts maakt met een ander bloedvat een omleiding om de dichte slagader. Het bloed kan dan om het dichte bloedvat heen. De arts kan hiervoor een andere ader uit je been halen. Of een plastic bloedvat gebruiken.
Na de operatie mag je meestal snel uit bed om te gaan lopen. Je blijft nog een paar dagen in het ziekenhuis.
Slagader-operatie
Je kunt ook een slagader-operatie krijgen. Daarbij snijdt de arts in het ziekenhuis (vaatchirurg) de slagader open. En maakt de slagader schoon. Daardoor gaat die weer open en kan er weer bloed doorheen.
De arts maakt de buitenkant van het bloedvat dicht met een stukje plastic. Of met een stukje van een andere ader uit het been. Meestal heb je daar later geen last van. Sommige mensen krijgen een dikker onderbeen.
Kijk bij Ik word geopereerd als je meer wilt weten over hoe het meestal gaat als je een operatie krijgt.
Amputatie als de slagader helemaal dicht blijft
Lukt het niet om het bloedvat open te maken? Of heeft je been te lang te weinig bloed gehad? Dan kan je teen, je voet of je been zo erg beschadigen dat de arts het moet amputeren. Dit gebeurt alleen als er echt geen andere behandelingen meer mogelijk zijn.
Wat zijn de risico's van een operatie om de been-slagader wijder te maken?
Net als bij iedere operatie is er een kleine kans op problemen na de operatie. Bijvoorbeeld deze problemen:
- De wond wordt warm en dik. En roder of donkerder.
- De wond kan gaan bloeden.
- Je kunt een doof gevoel krijgen rond het litteken.
- Je kunt een bloedprop in je been krijgen (trombose). Of in je longen (longembolie).
- Je kunt een longontsteking krijgen.
- De bypass kan weer dicht gaan zitten.
Wat kun je zelf doen bij dichte been-slagaderen?
Als je een ziekte aan je bloedvaten hebt, is gezond leven heel belangrijk. Deze dingen helpen je het meest als je gezond wilt leven:
- Rook je? Stop daar dan mee. En kom niet op plekken waar andere mensen roken. Ook dat is ongezond.
- Beweeg genoeg.
Bewegen doet pijn als je etalage-benen hebt. Toch is bewegen niet gevaarlijk. Probeer te bewegen door bijvoorbeeld een stuk te wandelen. - Zit niet te veel. Als je veel zit heb je meer kans op een ziekte van hart en bloedvaten.
- Eet en drink gezond.
- Drink geen alcohol.
- Gebruik weinig zout en eet geen drop. Drop en te veel zout maken je bloeddruk hoger. Je hebt dan meer kans op een ziekte van hart en bloedvaten.
- Probeer genoeg te ontspannen en iets te doen tegen stress.
Leef je al gezond? Probeer dat dan vol te houden. Misschien kun je toch nog dingen beter doen. Bijvoorbeeld meer bewegen of gezonder eten. Bekijk samen met je huisarts of praktijkondersteuner wat je kunt veranderen om gezonder te gaan leven. Of doe de keuzehulp.
Hoe gaat het verder na de behandeling in het ziekenhuis?
Na de behandeling in het ziekenhuis is het belangrijk om snel weer te beginnen met de looptraining. Zo voel je je sneller beter. En je kunt sneller weer de dingen doen die belangrijk voor je zijn. Bijvoorbeeld zelf boodschappen doen.
Na medicijnen, dotteren of een stent
Na deze behandelingen kun je een stuk beter lopen. Soms wordt het bloedvat toch weer nauwer. Meteen na de behandeling of een tijdje erna. Dat gebeurt vooral als je ongezond blijft leven. Bijvoorbeeld als je blijft roken.
Je krijgt dan opnieuw pijn in je been bij het lopen. Of je kunt steeds slechter lopen. Maak een afspraak bij je huisarts als dat zo is.
Na een bypass-operatie
Na een bypass-operatie ga je binnen 3 maanden voor controle naar het ziekenhuis. Je moet ook bloedverdunners gebruiken. Bij sommige bloedverdunners moet je voor controle naar de trombose-dienst. Je bespreekt dit met de arts in het ziekenhuis. Let ook op deze dingen:
- Doe na de operatie nog een tijd rustig aan.
- Ga de eerste 2 weken niet in bad zitten, zwemmen of naar de sauna.
- Ga niet lang op je hurken of op je knieën zitten. Of met je benen over elkaar. Zit ook niet te lang met gebogen knieën zoals in een auto of vliegtuig.
- Je been kan een paar maanden dikker blijven dan normaal. Je kunt ook minder gevoel hebben in je benen. Dit wordt meestal na een tijdje beter. Maar soms gaat het niet helemaal weg.
Je risico op een ziekte van hart en bloedvaten kleiner maken
Het is belangrijk dat je gezond leeft. Je hebt ook medicijnen gekregen om je risico op een ziekte van hart en bloedvaten kleiner te maken. Bijvoorbeeld medicijnen die je bloeddruk of je cholesterol lager maken. Blijf deze medicijnen gebruiken. Je komt ook 1 keer per jaar bij je arts of praktijkondersteuner om deze dingen te controleren.
Meer informatie over etalage-benen
Meer informatie over etalage-benen:
- Harteraad
- Nederlandse Hartstichting
- Infolijn Hart en Vaten van de Hartstichting
Contact met andere mensen met etalage-benen of nauwe been-slagaderen: Harteraad.nl.
Therapeuten die looptraining geven: Chronisch ZorgNet.