Ik heb slokdarmkanker en krijg meer onderzoek

In het kort

In het kort

  • Je hebt een kijk-onderzoek van je slokdarm gehad.
  • Als daaruit komt dat je slokdarmkanker hebt, krijg je meestal meer onderzoek.
  • Daarmee kan de arts zien hoe groot de kanker is. En of de kanker is doorgegroeid of uitgezaaid naar andere delen van je lichaam.
  • Je bespreekt met de arts welke behandelingen je kunt en wilt krijgen.
Wat is slokdarmkanker?

Wat is slokdarmkanker?

Bij slokdarmkanker zit er kanker in de slokdarm. De slokdarm is een soort buis tussen je keel en je maag. Als je eten doorslikt, gaat het via je slokdarm naar je maag.

Soorten slokdarmkanker

Deze twee soorten slokdarmkanker komen het meest voor:

  • Het adeno-carcinoom. Deze soort kanker zit bijna altijd in het onderste deel van de slokdarm. Je kunt het bijvoorbeeld krijgen als je jarenlang vaak last hebt van brandend maagzuur.
  • Het plaveiselcel-carcinoom. Dat zit meestal in het bovenste of middelste deel van de slokdarm. Maar het kan ook onderin de slokdarm zitten.

Slokdarmkanker kan doorgroeien

De kanker kan door de buitenkant van de slokdarm heen groeien. Soms groeit de kanker dan bijvoorbeeld door in de luchtpijp of in de aorta. Dat is de grootste slagader in je lichaam.

Slokdarmkanker kan uitzaaien

De kanker kan ook uitzaaien. Er gaan dan kankercellen uit je slokdarm via je bloed naar een andere plek in het lichaam. Bijvoorbeeld je lever of je longen.

Slokdarmkanker kan ook uitzaaien via de lymfeklieren. Dit zijn een soort kleine bolletjes die op veel plekken in je lichaam zitten. Ze zijn belangrijk voor je afweer. De kanker kan van de lymfeklieren rondom je slokdarm naar andere lymfeklieren in je lichaam gaan.

Wat kun je merken bij slokdarmkanker?

Wat kun je merken bij slokdarmkanker?

Dit kun je merken bij slokdarmkanker:

  • Je spuugt bloed.
  • Je poep is zwart. Dit kan komen door bloed in je poep.
  • Je valt af zonder dat je daar iets voor doet.
  • Je eten blijft steken of zakt niet goed.
  • Je hebt pijn of een vol gevoel in het midden van je borst, achter je borstbeen.
  • Je hebt pijn bij het slikken.
  • Je hebt minder zin om te eten.
  • Je hoest en verslikt je tijdens of na het eten.
  • Je hebt vaak de hik.
  • Je bent hees.
  • Je bent duizelig, moe en bleek. Dit kan passen bij bloedarmoede.
Welke onderzoeken krijg je bij slokdarmkanker?

Welke onderzoeken krijg je bij slokdarmkanker?

Je hebt een kijk-onderzoek van je slokdarm gehad in het ziekenhuis. Er zijn toen ook kleine stukjes van je slokdarm weggehaald voor verder onderzoek.

Als daaruit komt dat je slokdarmkanker hebt, krijg je meestal meer onderzoeken. Deze onderzoeken kun je krijgen:

CT-scan

De arts in het ziekenhuis maakt vaak een CT-scan van je borstkas, je buik of je hals. Een CT-scan is een soort 3D-foto van de binnenkant van je lichaam. Meestal is dit een CT-scan met contrastmiddel. Zo kan de arts zien hoe groot de slokdarmkanker is. En of de kanker is doorgegroeid of uitgezaaid.

PET-CT-scan

De arts kan ook een PET-CT-scan van je hele lichaam maken. Je krijgt een prik met een klein beetje contrastmiddel. Dit is niet gevaarlijk. Zo kan de arts op de scan in de meeste gevallen zien waar de kanker in het lichaam zit.

Echo van de hals

De arts kan met een echo naar de lymfeklieren in je hals kijken. Ook kan die een klein stukje van de lymfeklieren weghalen voor onderzoek. Zo kan de arts zien of er kanker in de lymfeklieren van de hals zit.

Kijk-onderzoek met echo in de slokdarm (endo-echografie)

De arts brengt een kleine camera en een echo-apparaatje in je slokdarm. Dit gebeurt via een buisje dat van je mond naar je slokdarm gaat. Zo kan de arts zien hoe ver de kanker is doorgegroeid. En of er kanker in de lymfeklieren rond de slokdarm zit. De arts kan ook kleine stukjes van de slokdarm of lymfeklieren weghalen voor onderzoek. Je kunt tijdens dit onderzoek medicijnen krijgen om rustig of slaperig te worden.

Extra onderzoeken bij slokdarmkanker

Extra onderzoeken bij slokdarmkanker

Soms heb je nog extra onderzoeken nodig, maar dat gebeurt niet vaak. Je kunt dan deze onderzoeken krijgen:

Kijk-onderzoek in de luchtpijp en longen (bronchoscopie)

Er wordt een kijk-onderzoek in je luchtpijp en longen gedaan als de kanker misschien in je luchtpijp is gegroeid. De arts brengt een buisje met een camera of echo-apparaatje naar de luchtpijp en longen. Soms worden kleine stukjes van je luchtpijp weggehaald voor onderzoek. Je kunt tijdens dit onderzoek medicijnen krijgen om rustig of slaperig te worden.

Kijk-operatie in de buik

Heel soms is een kijk-operatie in de buik (laparoscopie) nodig. Hiermee kan de arts zien of de slokdarmkanker is doorgegroeid of uitgezaaid in je buik. Je krijgt medicijnen waardoor je in slaap valt (narcose). De arts maakt een paar kleine sneetjes in je bovenbuik. En brengt dan met een buis een lampje en een camera in je buik. De arts kan tijdens de operatie stukjes uit je buik weghalen voor verder onderzoek.

Welke behandelingen kun je krijgen bij slokdarmkanker?

Welke behandelingen kun je krijgen bij slokdarmkanker?

Het is een grote schok als je hoort dat je slokdarmkanker hebt. Je hebt waarschijnlijk veel vragen en zorgen. Bijvoorbeeld over de behandeling. Of over hoe het verdergaat.

Bespreek je zorgen met je arts. Ook contact met andere mensen met slokdarmkanker kan fijn zijn. Bijvoorbeeld via de buddy-projecten van de SPKS in samenwerking met de ziekenhuizen.

Stadium

Na de onderzoeken hoor je hoe ernstig de slokdarmkanker bij jou is. Artsen gebruiken daar een cijfer voor: het stadium. Dit is een cijfer tussen 1 en 4. Dit zegt hoe groot de kanker is en of de kanker is doorgegroeid of uitgezaaid.

Behandelingen

Welke behandeling het beste bij jouw situatie past, hangt af van het stadium. En van hoe fit je verder bent. Je bespreekt dit met je arts. Het is ook belangrijk wat je zelf wilt.

Soms kun je een behandeling krijgen om beter te worden, maar dit is niet altijd mogelijk. Als je niet meer beter kunt worden, kun je een behandeling krijgen om te zorgen dat de kanker minder snel groeit. Of tegen de klachten die je hebt.

Meer informatie over slokdarmkanker
FMS
Deze tekst is aangepast op