In het kort
- Mogelijke behandelingen bij borstkanker zijn:
- een operatie
- bestraling
- chemotherapie
- medicijnen met anti-hormonen of tegen groei-eiwit
- Je bespreekt met de arts welke behandeling het beste bij je past. Dit hangt af van het soort borstkanker. En van wat je zelf belangrijk vindt.
Welke behandeling kun je krijgen bij borstkanker?
De meeste vrouwen met borstkanker krijgen 1 of meer van deze behandelingen:
- een operatie
- bestraling
- chemotherapie
- een behandeling met medicijnen met anti-hormonen
- een behandeling met medicijnen tegen groei-eiwit
Welke behandeling krijg je?
Meestal krijg je meerdere behandelingen tegelijk of na elkaar. Samen met je arts bespreek je welke behandelingen jij kunt krijgen. Dit hangt bijvoorbeeld af van deze dingen:
- Hoe groot de kanker is. En of de kanker naar andere delen van je lichaam is gegaan (doorgegroeid of uitgezaaid). Artsen gebruiken hier een cijfer voor (het stadium).
- Welk soort kanker je hebt. Bijvoorbeeld of de kanker is begonnen in de melkgangen of in de melkklieren.
- Hoe snel de kanker groeit.
- Of de kanker groeit door vrouwelijke hormonen.
- Of de kanker veel groei-eiwit heeft.
- Hoe oud je bent.
- Hoe gezond je verder bent.
- Of je in de overgang bent.
- Of meer mensen in de familie borstkanker hebben. Je kunt dan erfelijke borstkanker hebben.
Ook wat je zelf wilt is belangrijk. Bijvoorbeeld of je kinderen wilt. En voor welke operatie je kiest.
Als de kanker niet helemaal weg kan
Vaak zijn de behandelingen bedoeld om de borstkanker weg te halen. Soms kan dat niet, bijvoorbeeld als de borstkanker ook naar andere delen van je lichaam is gegaan (uitzaaiingen). Dan kun je behandelingen krijgen om te zorgen dat de kanker minder snel groeit. Of een behandeling tegen de klachten, zoals pijn.
Welke operaties kun je krijgen bij borstkanker?
Bij een operatie snijdt de arts de kanker weg. Er zijn 2 soorten borstoperaties:
- een operatie om de kanker uit de borst weg te halen (borst-sparende operatie)
De arts snijdt de kanker weg. En een stukje gezonde borst eromheen. De arts probeert zo veel mogelijk van je borst te laten zitten. Je houdt wel een litteken.
Na deze operatie krijg je altijd bestraling. - een operatie om de borst weg te halen (borst-amputatie)
Bij deze operatie haalt de arts de hele borst weg. Dit kan de beste keuze zijn. Bijvoorbeeld als de kanker groot is en de borst klein.
Je bespreekt met de arts de voordelen en nadelen van de verschillende operaties. Soms kun je zelf kiezen welke operatie je krijgt. Vertel de arts wat je belangrijk vindt.
Nagemaakte borst
Haalt de arts bij de operatie je hele borst weg? Dan kan die een nagemaakte borst in je lichaam plaatsen (borst-prothese).
Wat is bestraling bij borstkanker?
Bestraling is meestal bedoeld om de kanker helemaal weg te halen. En om de kans kleiner te maken dat de kanker terugkomt.
Bestraling kan ook helpen tegen klachten als de kanker niet meer weg kan gaan.
Bestraling na een borst-sparende operatie
Na een borst-sparende operatie krijg je altijd bestraling. Hiervoor ga je meestal 5 keer per week naar het ziekenhuis. Meestal een paar weken achter elkaar. Soms 1 week, soms wel 4 weken. De bestraling zelf duurt een paar minuten.
Bestraling na een borst-amputatie
Als je een borst-amputatie hebt gehad, kun je bestraling van je borstkas krijgen. Bijvoorbeeld bij deze dingen:
- De kanker was heel groot.
- De arts kon de kanker niet helemaal wegsnijden.
- Er zijn weinig andere behandelingen mogelijk.
Bestraling tegen klachten
Als de kanker niet meer helemaal weg kan gaan, kun je ook bestraling krijgen. De bestraling is dan bedoeld om de klachten minder te maken. Zoals pijn of problemen met ademen. Door de bestraling wordt de kanker kleiner en groeit die minder snel.
Hoe gaat bestraling
De arts tekent op je borst waar de stralen moeten komen. Dit gebeurt heel precies, zodat gezonde delen van je borst zo weinig mogelijk straling krijgen.
Je ligt op een tafel. Een apparaat draait om je heen. Uit dit apparaat komt straling. De stralen gaan door je huid heen en maken de kankercellen kapot.
Bijwerkingen van bestraling
Je kunt kort na de bestraling bijwerkingen krijgen, bijvoorbeeld:
- Je huid ziet er rood uit of donkerder. En kan gaan jeuken of pijn doen. Of je krijgt losse velletjes op je huid.
- De bestraalde borst kan een tijdje dikker zijn. Meestal verdwijnt dit na de bestralingen.
- Je voelt je moe.
Je kunt ook maanden of jaren later nog bijwerkingen van de bestraling krijgen, bijvoorbeeld:
- Je arm of borst blijft dik door vocht. Dit heet oedeem.
- De bestraalde borst verandert. De borst kan kleiner worden. Of het litteken van de operatie voelt harder.
- Je arm of schouder kan stijver worden.
- Je kunt pijn houden in je ribben.
- Heel soms krijg je problemen aan je longen of je hart. Bijvoorbeeld moeilijk kunnen ademen.
Of problemen met de zenuwen naar je arm. Bijvoorbeeld tintelingen of een dood gevoel in je arm of schouder.
Wat is chemotherapie bij borstkanker?
Bij chemotherapie krijg je medicijnen die de kankercellen doodmaken. Of zorgen dat de kanker niet kan groeien.
Je kunt chemotherapie krijgen voor of na een borst-operatie.
Vaak krijg je de medicijnen via een slangetje in een bloedvat (infuus). Dat duurt een paar uur. Na een paar weken krijg je de medicijnen opnieuw. In de tussentijd kan je lichaam weer sterker worden. In totaal duurt de chemotherapie meestal 3 tot 6 maanden.
Is de kanker naar andere delen van je lichaam gegaan (uitzaaiingen)? Dan kun je chemotherapie krijgen om ervoor te zorgen dat de kanker niet snel groeit. Of tegen klachten zoals pijn.
Bijwerkingen van chemotherapie
De medicijnen werken in het hele lichaam. Ook gezonde delen van je lichaam kunnen kapotgaan door chemotherapie. Daardoor kun je bijvoorbeeld kaal worden. Of erg moe zijn of bloedarmoede krijgen. Je kunt ook misselijk zijn en overgeven. Of diarree hebben. Je kunt ook sneller griep krijgen of verkouden worden. Of bijvoorbeeld een longontsteking krijgen.
Medicijnen met anti-hormonen bij borstkanker
De meeste vrouwen met borstkanker hebben een soort die sneller groeit door de hormonen oestrogeen en progesteron. Je lichaam maakt deze hormonen zelf.
Als je deze soort kanker hebt, kun je medicijnen krijgen die zorgen dat je lichaam minder hormonen maakt. Of medicijnen die zorgen dat de hormonen minder invloed hebben op de kanker. Deze medicijnen heten anti-hormonen. Door anti-hormonen kan de kanker niet meer groeien en kleiner worden. Deze medicijnen kunnen ook de kans kleiner maken dat de borstkanker later op andere plekken terugkomt (uitzaaiingen).
Er zijn verschillende anti-hormonen:
- Anti-hormonen die ervoor zorgen dat de eierstokken geen oestrogeen meer maken.
Dit is bedoeld voor vrouwen met borstkanker die nog niet in de overgang zijn. Een voorbeeld is het medicijn goselerine. - Anti-hormonen die ervoor zorgen dat het vetweefsel minder oestrogeen maakt.
Dit medicijn is bedoeld voor vrouwen die na de overgang borstkanker krijgen. Bijvoorbeeld de medicijnen letrozol en anastrozol. - Anti-hormonen die ervoor zorgen dat er geen oestrogeen meer bij de kanker kan komen. Bijvoorbeeld het medicijn tamoxifen.
Voor dit medicijn maakt het niet uit of je in de overgang bent geweest of niet.
Vaak krijg je anti-hormonen voor een operatie. De medicijnen moeten dan de kanker kleiner maken.
Je kunt ook anti-hormonen krijgen na een operatie, chemotherapie of bestraling. Dan moeten deze medicijnen de laatste restjes kanker doodmaken. Zodat de kans kleiner is dat de kanker terugkomt. Je krijgt deze medicijnen dan vaak 5 of 10 jaar.
Kan de borstkanker niet meer weggaan? Ook dan kunnen anti-hormonen ervoor zorgen dat de kanker minder snel naar andere plekken gaat (uitzaaiingen). En dat uitzaaiingen kleiner worden.
Bijwerkingen van anti-hormonen
Anti-hormonen kunnen overgangs-klachten geven. Zoals opvliegers, 's nachts zweten, een droge vagina en problemen met je gewrichten. Je kunt hiervoor een behandeling krijgen.
Het medicijn tamoxifen kan zorgen voor een prop in een bloedvat (trombose). Dit gebeurt bij 1 van de 10 vrouwen, vooral in het begin van de behandeling. Je krijgt dan bloedverdunners.
anastrozol
Anastrozol is een aromatase-remmer. Het vermindert de hoeveelheid oestrogeenhormoon in de eierstokken, vetweefsel, lever en in borstkankergezwellen.
Artsen schrijven anastrozol voor bij borstkanker die gevoelig is voor oestrogeenhormonen. Verder bij kanker van de eierstokken en een te vroege puberteit bij jongens.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.letrozol
Letrozol remt het enzym aromatase. Hierdoor maakt uw lichaam minder oestrogeen (vrouwelijk geslachtshormoon) aan. Op die manier verlaagt letrozol de hoeveelheid oestrogeen in de eierstokken, vetweefsel, lever en in borstkankergezwellen.
Artsen schrijven letrozol voor bij borstkanker dat gevoelig is voor hormonen.
Artsen schrijven het soms voor bij verminderde vruchtbaarheid. Letrozol verlaagt de hoeveelheid oestrogeen. Hierdoor maakt het lichaam meer hormonen aan die voor de eirijping en eisprong zorgen.
Verder schrijven artsen het soms voor bij jongens die te vroeg in de puberteit komen (pubertas preacox), en bij jongens in de pubertijd om meer te groeien.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.progesteron
Progesteron is een vrouwelijk geslachtshormoon, namelijk een progestageenhormoon. Het speelt een belangrijke rol bij de vruchtbaarheidscyclus.
Artsen schrijven dit medicijn voor bij verminderde vruchtbaarheid, abnormaal vaginaal bloedverlies, stoornissen tijdens de menstruatiecyclus, overgangsklachten en om vroeggeboorte te voorkomen. Soms schrijven artsen het voor bij dreigende vroeggeboorte.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.tamoxifen
Tamoxifen is een anti-oestrogeen. Dat wil zeggen dat het de werking van het vrouwelijke geslachtshormoon oestrogeen tegengaat.
Artsen schrijven het voor bij een bepaald type borstkanker, namelijk die gevoelig is voor hormonen. Artsen schrijven het soms voor bij ernstige pijn in de borsten die samenhangt met de menstruatiecyclus.
In sommige gevallen kan de arts het ook voorschrijven bij borstzwelling bij mannen en bij verminderde vruchtbaarheid.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Keuzekaart hormoon-gevoelige borstkanker
Heb je borstkanker die gevoelig is voor hormonen? En die niet naar andere delen van je lichaam is gegaan? Dan kun je kiezen voor medicijnen met anti-hormonen.
De keuzekaart hieronder helpt je samen met je arts te beslissen welke behandeling bij je past.
Behandeling met medicijnen tegen groei-eiwit bij borstkanker
Ongeveer 1 van de 5 vrouwen heeft kanker met veel groei-eiwit (HER2-eiwit). Dit eiwit zorgt ervoor dat de kanker snel blijft groeien.
Als je deze soort kanker hebt, kun je medicijnen krijgen die het groei-eiwit stoppen. Zodat de kanker minder snel groeit. Bijvoorbeeld het medicijn trastuzumab.
Je krijgt deze medicijnen meestal samen met chemotherapie. En soms ook samen met anti-hormonen.
Bijwerkingen van medicijnen tegen groei-eiwit
De medicijnen kunnen bijwerkingen geven. Bijvoorbeeld deze bijwerkingen:
- erg moe zijn
- afvallen
- diarree hebben of juist moeilijk kunnen poepen (verstopping)
- misselijk zijn en overgeven
Je hebt ook meer kans op ontstekingen, zoals longontsteking of ontstekingen in je mond.
trastuzumab
Trastuzumab is een monoklonaal antilichaam. Dit is een doelgerichte kankerremmende stof ('targeted therapy'). Het kan aan onderdelen van een kankercel vast gaan zitten en deze daardoor onschadelijk maken.
Artsen schrijven het voor bij bepaalde vormen van borstkanker en maagkanker.
Kijk voor meer informatie op Apotheek.nl.Hoe kies je een behandeling bij borstkanker?
Je bespreekt met de arts welke behandelingen je kunt krijgen. Je bespreekt ook wat in jouw geval de voordelen en nadelen van een behandeling zijn. En wat het beste moment is voor elke behandeling.
Welke behandeling je krijgt, hangt ook af van wat je zelf wilt. Je hoeft niet direct te beslissen. Denk er rustig over na. En bespreek je vragen met de arts. Je kunt ook meer informatie opzoeken, bijvoorbeeld op borstkanker.nl. Samen met je arts maak je een plan.
Na elk onderzoek en elke behandeling bespreek je samen met de arts de behandeling opnieuw. En als het nodig is, passen jullie het plan aan.
Neem iemand mee
Het helpt als je iemand meeneemt naar het gesprek met de arts. Samen begrijp en hoor je meer. En het is ook fijn als iemand je steunt.
Bij twijfel aan de behandeling
Twijfel je aan je behandeling? Praat erover met je arts. Je kunt ook een andere arts om een mening over je behandeling vragen. Dit heet een second opinion. Artsen begrijpen dat je dit wilt en vinden dit niet raar.
Meer informatie over borstkanker
- Kanker.nl
- Borstkankervereniging Nederland
- Kankerindefamilie.nl (over erfelijkheid)
Informatie over ziekenhuizen die borstkanker behandelen: Ziekenhuischeck.nl.
Over deze tekst
We hebben deze informatie gemaakt met de richtlijn voor artsen over borstkanker.
Lees wie de informatie op Thuisarts.nl maakt.
Lees hier wat een richtlijn is en hoe die wordt gemaakt.